hierachteraan

From Wiktionary, the free dictionary
Jump to navigation Jump to search

Dutch[edit]

Adverb[edit]

hierachteraan

  1. pronominal adverb form of achteraan + dit

Inflection[edit]

Pronominal adverbs of hierachteraan
preposition achteraan
postpositional adv. achteraan
+ het (it) erachteraan
+ dit (this) hierachteraan
+ dat (that) daarachteraan
+ wat (what) waarachteraan
+ iets (something) ergens achteraan
+ niets (nothing) nergens achteraan
+ alles (everything) overal achteraan
Retrieved from "https://en.wiktionary.org/w/index.php?title=hierachteraan&oldid=52240531"